Als hairstylist weet je als geen ander hoeveel power er in een goede bos haar zit. Denk maar aan al die klanten die met tranen in hun ogen je stoel verlaten – van blijdschap, gelukkig. Het maakt deel uit van identiteit, van herstel, van opnieuw beginnen. Daarom is het goed om te weten dat haar doneren niet alleen tijdens het leven kan, maar ook mogelijk is na overlijden.
Wist je dat inmiddels meer dan tien miljoen mensen in Nederland als orgaandonor staan geregistreerd? Mooi natuurlijk. Maar wat veel mensen – ja, zelfs in de kappersstoel – nog niet weten: je kunt ook je haar doneren. Zelfs na je overlijden. En geloof ons, daarmee maak je écht impact. Denk aan mensen die hun haar verliezen door chemo of een haarziekte. Voor hen betekent een haarwerk meer dan alleen een kapsel. Het geeft hen een stukje van zichzelf terug.
De Haarstichting: minimaal 30 centimeter, ook gekleurd haar welkom
De Nederlandse Haarstichting zet zich al jaren in voor het mogelijk maken van haarwerken voor mensen die daar anders geen toegang toe hebben. Directeur Edwin van Wooning legt uit: “We vragen minimaal 30 centimeter haar voor een donatie. Dat mag geverfd zijn, zolang het gezond is en niet chemisch beschadigd.”
Van die gedoneerde lokken worden hoogwaardige haarwerken gemaakt – voor mensen die het keihard nodig hebben. Denk aan kankerpatiënten, mensen met alopecia of andere haarziekten. Voor hen is zo’n haarwerk niet zomaar ‘een pruik’. Het is zelfvertrouwen. Identiteit. En soms zelfs het verschil tussen jezelf terugzien in de spiegel, of iemand die je niet meer herkent.
Ook orgaandonatie blijft van levensbelang
Haardonatie is prachtig, maar het grotere plaatje mag ook niet vergeten worden: orgaandonatie. In 2023 doneerden 292 mensen na hun overlijden een of meerdere organen – da’s een stijging van 2,5% ten opzichte van het jaar ervoor. En wist je dat in Nederland de helft van alle nierdonaties gewoon van mensen komt die nog leven? Serieus indrukwekkend. We zijn daarmee koploper in West-Europa.
Volgens internist-nefroloog Arjan van Zuilen (UMC Utrecht) zit het wel goed met onze bereidheid om te doneren. “Mensen staan er echt voor open – zowel bij leven als na overlijden,” zegt hij. En ja, een nier kun je onder de juiste voorwaarden missen zonder blijvende schade. Maar veiligheid staat altijd op één, voor zowel de donor als de ontvanger. Geen quick fixes dus, maar zorgvuldigheid van begin tot eind.
Meer dan alleen organen
En het blijft niet bij nieren. Ook delen van je longen of lever kunnen gedoneerd worden – al is dat zwaarder en gebeurt het dus minder vaak. Wat wel vaker gebeurt: stamceldonatie. Daar komt iets meer match-werk bij kijken, maar het redt levens. Vind je dat allemaal iets te heftig? Snap ik. Dan kun je ook gewoon bloed of haar doneren. Klein gebaar, grote impact.
En wat kun jij als kapper doen?
Meer dan je denkt. Jij zit letterlijk met mensen in de stoel – vaak op hun kwetsbaarst én op hun mooist. Dat maakt jou een belangrijke schakel. Je hoeft niemand te overtuigen, maar je kunt wél informeren. Vertel dat haardonatie een optie is, leg uit hoe het werkt, en verwijs naar betrouwbare info, zoals de Haarstichting.
Jij kunt het verschil maken, haar voor haar.
Niet iedereen voelt zich geroepen om te doneren – en dat is oké. Maar of het nou gaat om een staart van 30 centimeter of een orgaan dat een leven redt: elke donatie doet ertoe. En elke kapper die dit gesprek aangaat ook.
Bron: De Haarstichting | Tekst: Fela de Wit
